Door onbegrip voelt Janine zich eenzaam

Aan de buitenkant is aan mij niet te zien dat ik chronisch ziek ben. Ik zie er volgens mijn omgeving goed en gezond uit. Dit zorgt vaak voor veel onbegrip, vooroordelen en ongevraagde goedbedoelde adviezen waardoor ik me terugtrek en me eenzaam voel. Een heel leeg gevoel. Alsof ik soms even helemaal alleen op de wereld ben en in mijn eigen wereldje leef.

Portret van Janine
Beeld: ©Coalitie Erbij

Het geeft me een schuldgevoel dat ik regelmatig niet in staat bent om aan alles mee te doen en hierdoor mijn naasten teleurstel. Iets plannen en me erop verheugen is voor mij niet vanzelfsprekend omdat ik nooit weet of ik me op de dag zelf wel goed genoeg voel om te gaan. Ondanks dat ik positief in het leven sta, is het moeilijk om keer op keer met de teleurstelling van iets te moeten missen om te gaan en voel ik me daardoor eenzaam. Ik voel me vaak verdrietig door het onbegrip van mijn omgeving maar ook omdat ik het voor iedereen zo goed mogelijk wil doen en niemand wil teleurstellen of tot last wil zijn. Ik voelde me vaak ballast voor mijn omgeving en daardoor zette ik mezelf ook steeds meer buiten de maatschappij. Ik trok me steeds meer terug en dat zorgde voor een eenzaam gevoel.

De ziekte van Crohn

Rond mijn vijftiende werd de ziekte van Crohn bij mij vastgesteld. Een chronische ziekte aan mijn darmen. Ik schrok ervan om zo jong al chronisch ziek te zijn en het duurde heel lang voordat ik het kon accepteren. Door mijn ziekte heb ik veel last van buikpijn en vermoeidheid en heb ik mijn stoelgang niet altijd onder controle. Daardoor voel ik me minder vrij om te gaan en staan waar en wanneer ik dat wil. Als ik ergens kom, check ik altijd snel waar de wc en de uitgang zijn. Omdat het altijd mis kan gaan omdat ik de wc niet op tijd haal, heb ik vaak als ik verder van huis ga schone kleren bij me.

“Toen ik jonger was, verkoos ik vaak het veilige boven het risico waardoor mijn eenzaamheid alleen maar toenam”

Verkoos het veilige

Mijn zieke darmen nemen voedingsstoffen, vitaminen en mineralen niet goed op waardoor ik regelmatig erg moe ben en weinig energie heb. Kleine dingen die voor iedereen vanzelfsprekend zijn zoals naar de wc lopen, douchen en de hondjes uitlaten, zijn dan al een hele opgave of lukken niet, laat staan meer dan dat. Tijdens deze periodes kom ik dan ook amper mijn huis of bed uit, niet alleen door de pijn en ongemakken maar ook omdat ik dan bang ben dat het mis kan gaan of dat ik te weinig energie heb als ik naar buiten ga. Inmiddels kan ik er beter mee omgaan maar toen ik jonger was, verkoos ik vaak het veilige boven het risico waardoor mijn sociale isolement en de eenzaamheid alleen maar toenamen.

Niet klagen maar dragen

Mede door mijn opvoeding, was mijn motto ‘niet klagen maar dragen’ en ‘er zijn altijd ergere dingen’. Door deze instelling stopte ik mijn ziekte en alle emoties ver weg en probeerde ik zoveel mogelijk een ‘normaal’ leven te lijden. Ook dacht ik dat mijn omgeving dit van mij verwachtte. Het was voor mij topsport om mee te doen in een maatschappij die voor mij veel te snel gaat. Regelmatig zocht ik daarom mijn toevlucht met mijn hondjes in de natuur. Daar bij de dieren vond ik rust en kon ik volledig mezelf zijn. Mezelf afzonderen doe ik sinds ik ziek ben steeds weer, in alle fasen van mijn leven. Soms ook van diegenen die het dichtst bij me staan, zoals mijn kinderen en partner. Het is een vicieuze cirkel: omdat ik soms te moe ben om het huishouden te doen, voel ik me schuldig naar mijn gezin toe. Uit schaamte voor de rommel in huis nodig ik mensen liever niet uit om langs te komen en doe ik de deur niet open als er iemand spontaan langskomt. Ook omdat ik ze mijn ellende wil besparen. Hierdoor voel ik me eenzaam op dat soort momenten. Heel dubbel, omdat ik veel lieve familie en vrienden heb en het contact tijdens zo’n periodes enorm mis en wel nodig heb.

Emmertje was vol

Op een gegeven moment was het emmertje vol en waren de tranen niet meer te stoppen. Ik wilde me niet langer sterker voordoen dan ik was, me steeds verantwoorden, klagend en zwak overkomen, steeds hetzelfde verhaal vertellen, of dat mensen medelijden met me kregen. Ik wilde de regie over mijn eigen leven terug. Mij is met de beste bedoelingen zorg geboden, maar ik ben meer dan een ‘diagnose ziekte van Crohn’, ik voel me vooral mens net als ieder ander en wil daar ook zoveel als mogelijk naar leven. Helaas lukt dat niet altijd zoals ik graag zou willen en daarom wil ik me meer focussen op de mogelijkheden die ik wel heb. Hierbij mijn beperkingen in acht nemend.

Grote crisis

Ongeveer vijftien jaar geleden ben ik weer in het ziekenhuis beland. Dat was het gevolg van structureel over mijn grenzen gaan. Ik wilde al die tijd mijn kinderen, partner, familie, vrienden en collega’s niet teleurstellen. Dus als ik me door mijn ziekte niet goed voelde, probeerde ik me toch voor mijn gezin en mijn werk helemaal te geven en vaak meer dan ik eigenlijk kon. Omdat ik me anders een slechte moeder, partner of werknemer voelde. Maar dat hield ik niet vol en ik belandde voor de zoveelste keer in het ziekenhuis en raakte vervolgens mijn baan kwijt. Dit ontslag, dat voelde als een afwijzing, was een traumatische ervaring voor mij en een van de redenen dat ik een burn-out kreeg.

Gestrand huwelijk

In dezelfde tijd strandde ook mijn huwelijk en stond ik er alleen voor met mijn kinderen. Tijdens mijn burn-out leefde ik als een kluizenaar, ik stootte iedereen van me af, zelfs diegenen van wie ik het meest hield. Ik wilde dicht bij mezelf blijven en mijn dierbaren zo min mogelijk belasten. En ook het verdriet van onbegrip, veroordelingen of goedbedoelde adviezen vermijden omdat me dat erg kwetste. Ik had me nog nooit zo eenzaam gevoeld maar ik kon niet anders. Ik moest de confrontatie met mezelf aangaan, alleen zo kon ik luisteren naar wat ik echt nodig had en beter voor mezelf gaan zorgen.

Geen enkel lichtpuntje

Deze periode was zo zwaar dat het idee dat ik niet meer wilde leven weleens door mijn hoofd is geschoten. Ik voelde me niet gelukkig in mijn eigen lichaam, wilde zoveel meer dan ik kon en dacht dat ik anderen alleen maar tot last was. Zelfs mijn eigen kinderen zouden beter af zijn zonder mij, zo dacht ik. Ik heb geprobeerd om professionele hulp te krijgen, maar voelde geen aansluiting. Het hielp mij niet, ze werkten vooral uit het boekje, maar konden niet begrijpen hoe ik me voelde.

Vriendin

Tijdens deze moeilijke periode die een paar jaar duurde, probeerde ik toch een zo goed mogelijke moeder te zijn. De liefde voor mijn kinderen was de enige reden om toch door te gaan. Ik probeerde ze zo min mogelijk van mijn intense verdriet te laten merken en daarnaast het contact met anderen zoveel mogelijk te vermijden. Hierdoor heb ik mensen die van mij houden veel verdriet gedaan. Maar ik kon niet anders. Een van de weinigen die ik volledig toeliet was een goede vriendin. Zij heeft een vergelijkbare ziekte, een chronische darmontsteking, en bij haar voelde ik me wel begrepen. Zij was aanwezig zonder te veroordelen of goedbedoelde adviezen te geven. Ze was er gewoon, zonder veel woorden en luisterde naar mijn verdriet. Hierdoor voelde ik me minder eenzaam.

Nieuwe liefde

Door mijn eigen gecreëerde isolement zocht ik troost in social media. Het was voor mij een opvulling voor de leegte en eenzaamheid die ik voelde. Omdat ik ook het gewone normale dag-nachtritme verloor, was er altijd wel iemand online op de gekste tijdstippen. Door deze contacten kon ik ook als ik bedlegerig was, troost en kracht halen uit mooie plaatjes, teksten of gedichten. De herkenning die ik online vond bij gelijkgestemden zorgde ervoor dat ik me minder alleen voelde in mijn verdriet en pijn. Door er voor anderen te zijn kon ik iets betekenen voor anderen en dat voelde goed. Social media was mede daardoor een soort vluchten voor mijn eigen gevoelens van pijn.

Acceptatie

Op Hyves leerde ik mijn nieuwe liefde kennen. Hij accepteerde mij volledig, ook mijn ziekte en alles wat daarbij hoorde. Bij hem had ik het gevoel dat ik helemaal mezelf mocht en kon zijn. Dankzij dit begrip kwam ik er langzaam weer bovenop. Door zijn liefde en acceptatie werden mijn onzekerheden en angsten minder en ging ik mezelf meer accepteren en liefhebben. Hij prikte door alles heen. Muurtjes of maskers uit zelfbescherming waren bij hem niet nodig. Medelijden en oordeel van anderen hadden mij altijd een schuldgevoel gegeven. Daarom was ik het liefst alleen of met mijn dieren. Terwijl ik eigenlijk een mensenmens ben. Ik ben open, spontaan en maak makkelijk contact. Bij hem had ik geen schuldgevoel, dat was zo’n verademing.

Door ziekte moeite om terug te keren in maatschappij

Enkele jaren geleden voelde ik me sterk genoeg om weer onder de mensen te komen. Bij een zelfregiecentrum ontmoette ik mensen die veel hadden meegemaakt en hier open over spraken. In het delen van allerlei soorten verdriet en eenzaamheid vond ik zoveel herkenning. De gesprekken met anderen deden me goed, ik voelde me begrepen. Van daaruit ging ik een sollicitatietraining bij stichting Groen Licht Noord- en Midden-Limburg volgen omdat ik mijn plek in de maatschappij weer in wilde gaan nemen. Ik bloeide er enorm van op en had het gevoel dat ik weer meetelde. Inmiddels zit ik in een sociaal re-integratietraject.

Kracht van ontmoeting

Daarnaast heb ik een cursus afgerond als ervaringsdeskundige vrijwilliger bij het project ‘De kracht van de ontmoeting’ van Huis voor de Zorg over de presentiebenadering. Deze benadering houdt in dat je mensen volledig accepteert zoals ze zijn, dat je er voor hen bent zonder te oordelen. Iets waar ik zelf heel veel behoefte aan had tijdens mijn zware periode en maar vond bij weinig mensen. Inmiddels doe ik vrijwilligerswerk op dit vlak. Ik ben er voor anderen die dat nodig hebben. Dit geeft mij enorm veel voldoening. Op dit moment ben ik zoekende naar verdere scholing, hopende dat er ooit een betaalde baan uit voortvloeit waar ik vanuit mijn eigen ervaringen nog meer voor anderen kan betekenen. Ik wil heel graag weer verantwoordelijk zijn voor mijn eigen kostwinning. Dat ik meetel in de maatschappij is goed voor mijn eigenwaarde en maakt me minder afhankelijk van de zorg van anderen. Omdat mijn ziekte zo fluctueert en mijn energiepeil en gezondheid constant wisselen, besef ik dat werken niet altijd even makkelijk zal zijn. Maar het is fijn weer doelen te hebben, dat maakt me blij en geeft me kracht om van alles op te pakken.

Stijgende lijn

Naarmate ik ouder word, lukt het me gelukkig steeds beter om mezelf te zijn en te accepteren. Hierdoor zie ik mezelf steeds minder als last voor anderen. Ik laat mensen nu meer toe in mijn leven, kan beter mijn grenzen bewaken en zeg sneller nee zonder me daar schuldig over te voelen of me te willen verantwoorden. Ik zie nu in dat mijn ziekte ook een cadeautje is geweest, het heeft me veel geleerd en mij de sterke vrouw gemaakt die ik nu ben. Daar ben ik trots op. Ik probeer voortdurend om een balans te vinden tussen mezelf afschermen voor de buitenwereld en deelnemen aan het leven. Met andere woorden: evenwicht vinden tussen de rust en ruimte die ik nodig heb en het sociale mens dat ik van nature ben. In plaats van te focussen op wat ik niet kan en heb, heb ik geleerd om te kijken naar wat ik wel heb en kan, en intens te genieten van de geluksmomenten waar ik ook weer op kan teren in moeilijke periodes. Ik heb de regie over mijn leven steeds meer in eigen handen. Dit zorgt ervoor dat ik me gelukkiger en veel minder eenzaam voel.

(Augustus 2016)